arcam

Prefab
Op het Cruquius eiland bouwt Dedato ontwerpers en architecten een robuust gebouw in eigen stijl. Deze ‘Dedato-stijl’ wordt gekenmerkt door sobere kantoorgebouwen van prefabbeton, glas en staal die in een nog te ontwikkelen omgeving staan. Op het eiland passen ze hun stijl op een groter complex, bestaande uit vier geschakelde bedrijfsgebouwen, toe. De vier bouwblokken hebben een schil van beton en de oost- en westgevel bestaan uit aluminium met glazen puien. De gebouwen worden onderling van elkaar gescheiden door een glazen trappenhuizen.

Cruquius-eiland
Het gebouw staat op het oostelijke deel van het Cruquiuseiland. Dit eiland is onderdeel van het Oostelijk Havengebied, dat bestaat uit kunstmatig aangelegde haveneilanden. De eilanden zijn aangelegd ter uitbreiding en modernisering van de Amsterdamse haven aan het eind van de negentiende eeuw. Het Cruquiuseiland is onderdeel van de voormalige Entrepothaven, die vroeger gebruikt werd voor de overslag van goederen. De bebouwing rondom de Cruquiusweg wordt nog deels gekenmerkt door rommelige, industriële bebouwing die het water aan het zicht onttrekt. Dat moet in de toekomst anders worden. Het is de ambitie van het Stadsdeel Zeeburg om hier een hoogwaardig en levendig bedrijventerrein te realiseren. Dedato zet met de ontwikkeling van het Cruquiuskwartier de eerste stap naar een nieuw uiterlijk van het eiland.

Connectie met het water
Door het complex op te tillen heeft men getracht een nieuwe connectie met het water te maken. Aan het water biedt een publiektoegankelijk terras zicht over de Entrepothaven. Iets waarvan ook te genieten is vanuit de kantoren met hun gevelbrede balkons. Op alle vier de verdiepingen kunnen de glaspuien aan de waterkant volledig worden geopend. De delen van het complex zijn geschakeld door middel van glazen vides met daarin een trap en lift. Elk trappenhuis vormt de entree van één de vier blokken en heeft een eigen kleurenthema. Rond deze kernen zijn alle praktische faciliteiten geconcentreerd zodat de kantoorvloeren zoveel mogelijk opengelaten konden worden. Op het dak bevinden zich vier (bedrijfs)penthouses en op het maaiveld kan geparkeerd worden.

Tekst: Fieke de Groot